Na het noordelijke binnenland van het Nicoya Schiereiland verkennen we nu het zuidelijke binnenland. Daar ligt nog een groene parel: het Karen Mogensen natuurreservaat.
Bespaar op transport
TIP: Boek je transport van zodra mogelijk. Tarieven stijgen als de beschikbaarheid mindert!
- Boek bij het meest betrouwbare autoverhuurbedrijf Adobe Rent a car. Krijg automatisch 10% korting verrekend via deze link. Wijzigingen en gratis annuleren is mogelijk tot 72u vooraf.
- Check ook bij Sunnycars voor de all inclusive formule, eveneens met gratis annuleren optie.
- Beperkt budget? Vergelijk via deze link de beste deals voor een huurauto.
- Ga op avontuur met een 4×4 met rooftop tent van Nomad America en krijg 10% korting met deze code: UNDERTHETREES
- Boek tijdig jouw shuttle.
Waar het kleurrijke folkloredorpje Santa Cruz de gateway is tot Diria Nationaal Park, het minst bezochte nationale park van het land, is San Ramon de Rio Blanco dat voor het Karen Mogensen natuurreservaat.
Naar San Ramon de Rio Blanco
De Ruta 21 gaat naar Paquera waar de ferry naar het vasteland van Puntarenas vertrekt. De tropische zon boort zich door het autoraam terwijl blaadjes over de baan dwarrelen. Herfsttaferelen in de zomer. Let op dat je bij het aanschouwen van dit aparte tafereeltje niet over de verkeersdrempels knalt. Door het spel van flikkerend licht en donkere schaduwen onder de bomen zou je er wel eens eentje kunnen missen. Terwijl links van ons de Golf van Nicoya voorbij glijdt, doemen rechts achter velden vol teakplantages de bergen van het binnenland op.
In Jicaral slaan we af naar de Ruta 163. Aangezien er geen winkels zijn in San Ramon de Rio Blanco, doen we boodschappen in Jicaral. Het is kerstdag, maar toch zijn de meeste supermarktjes en bakkertjes open. Fijn. Voorbij Banco Nacional gaat de weg over in een dirt road.
Sla na 7 km linksaf naar San Ramon de Rio Blanco en het Karen Mogensen Reserve. Aan de oude la Perla bar is het linksaf.
Het dorp San Ramon de Rio Blanco
Het charmante dorpje San Ramon de Rio Blanco is niet alleen de ideale uitvalsbasis voor een bezoek aan dit ruige en veelzijdige gebied, het speelt tevens een belangrijke rol in het ontstaan van het natuurreservaat.
San Ramon de Rio Blanco is een landelijk dorpje waar je geen toeristen vindt. De inwoners bezitten hier een eigen huis met vaak heel grote stukken land die in de jaren 60 en 70 ontbost werden om tegemoet te komen aan de stijgende internationale vraag naar rundvlees. Dit zorgde niet alleen voor bodemerosie maar ook voor een aanzienlijk verlies van habitats voor unieke fauna en flora. De vleesmarkt kelderde, enkele landbouwers trokken naar meer stedelijke gebieden en secundair woud nam geleidelijk aan de kale gebieden terug over.
In de jaren ’90 stonden vele eigenaars vrijwillig een deel van hun gronden af om essentiële waterbronnen te beschermen en een ecotoeristisch project op te starten ten bate van de lokale gemeenschap. Aanmoediging en een kleine financiële compensatie kwam vanuit de regering en van internationale natuurbeschermingsorganisaties waarin de Deense Karen Mogensen het voortouw nam.
Dankzij het engagement van lokale landeigenaars groeit op ontboste weilanden nu een gezond secundair bos met zowel groenblijvende bomen als loofbomen. Dit bos leunt aan bij primair tropisch regenwoud. De zone is daardoor het voorbeeld van een droog tropisch overgangswoud.
De aanwezigheid van water, diverse vegetaties en de vastberadenheid van de lokale gemeenschap zorgen voor een gezonde leefomgeving voor zowel mensen als het wildlife. Het natuurreservaat werd genoemd naar de Deense natuurbeschermer en weldoener Karen Mogensen.
Karen Mogensen
Karen Mogensen en haar man Nicolas Wessberg waren de belangrijkste grondleggers van het nationale parksysteem in Costa Rica en stonden aan de wieg van het Cabo Blanco Nationaal park. Het echtpaar uit respectievelijk Denemarken en Zweden arriveerde in 1955 in Montezuma. Nicolas werd vermoord terwijl hij de leiding had over het behoud van het nu gevestigde Corcovado National Park op het schiereiland Osa in Costa Rica.
Karen noemde een natuurreservaat bij Montezuma het “Nicolas Wessberg Reservaat”. Als erkenning voor haar toegewijde inspanningen voor natuurbehoud, kreeg het reservaat bij San Ramon de Rio Blanco haar naam. Ze stierf in 1996 kort nadat het reservaat was ingehuldigd.
De bescherming van deze regio en het ecotoerisme is van vitaal belang als tegengewicht voor veeteelt, jacht en houtkap, activiteiten die in het hele land een blijvende bedreiging vormen voor natuurlijke rijkdom. Het reservaat wordt sinds 1991 beheerd door ASEPALECO, een non-profit organisatie voor natuurbehoud en onderwijs.
De organisatie vraagt alle bezoekers die in de Cerro Escondido ecolodge willen verblijven en dagtochten willen doen om te reserveren. Een bezoek aan het natuurreservaat is steeds onder begeleiding van een gids. Bel 506-2650-0607 of stuur een e-mail naar asepalec@racsa.co.cr.
Niet alleen de geschiedenis en rijkdom van deze plek heeft ons naar hier gelokt. Het vlotte contact met Stephen bij het boeken van zijn Jungle Hideaway in dit unieke dorp overtuigden ons meteen om hier enkele dagen te spenderen.
Logement in de regio
Wij verblijven in een Tico huisje in San Ramon de Rio Blanco. 6 km na de afslag komen we aan bij het huis van Xenia en Fernando Quiros, de conciërges van het Jungle Hideaway. Als we aan hun kleurrijke huisje vertragen, zwaait Fernando ons al tegemoet en doet teken om op hun oprit te parkeren. “Feliz Navidad” begroeten we elkaar.
Het is kerstdag. Je zou het haast vergeten bij 32°C in een tropische omgeving. Nochtans is kerst in Costa Rica iets wat niet onopgemerkt voorbij gaat. Stephen heeft tamales geregeld, de typische kerstsnack in Costa Rica. Xinia overhandigt ons haar piñas. En dan hebben we het niet over ananas maar over duopakketjes tamales. We kopen ook meteen 6 eitjes bij haar.
Fernando en Xinia rijden ons voor in de wagen. Het is amper 250 meter verder maar we moeten door een rivier die circa 20 cm diep is. Ze hebben liever geen natte voeten.
Het Jungle Hideaway is een typisch Tico huisje (de onderkant beton, de bovenkant hout) gelegen op een afgelegen stuk grond van 2500m².
Eenvoudig maar perfect voor rustzoekers!
Het huisje is 64m² groot met een keukentje, een eethoek, 2 slaapkamers en een douche en wc. We voelen er ons door de huiselijke sfeer meteen thuis. Overdag is het hier gemiddeld 30 graden. ’s nachts koelt het af zodat de temperatuur aangenaam is om te slapen. Je hebt er alles wat je nodig hebt om te koken en kan er zelfs jouw was doen.
.
Beestjes in en rond het Jungle Hideaway
Het Jungle Hideaway heeft haar naam niet gestolen. Terwijl Xinia en Fernando ons in het Spaans uitleggen hoe de wasmachine werkt, huilen op de achtergrond coyotes. Wow, kippenvel! Het zijn niet de enige beestjes die hier leven.
Een groepje tweestrepige zakvleermuizen leven in het portaal boven de voordeur. Deze vinnige insecteneters vliegen bij schemering uit op jacht naar insecten. Ze tsjirpen hoog en flapperen nerveus met de vleugels als we hen iets te lang aanstaren. Mijn blik valt vervolgens op een trechtertje in de deur. Op het kaartje eronder lezen we dat het gaat om het nest van een zwerm onschuldige stingless bees of Mariolas. Maak je dus geen zorgen, deze steken niet.
In de tropen schud je wel best de schoenen uit voor je erin stapt. Dat doen we ook hier. Kwestie van geen reuzenkakkerlak of een schorpioen te verpletteren. Omwille van de vele beestjes in een jungleomgeving wordt aangeraden de deur van het huisje niet open te laten staan. Op de patio hopt immers nu en dan een gigantische pad en de douche kan je in het regenseizoen delen met een boomkikker.
Leven in de tuin
De tuin heeft een vaste bezoeker die geregeld langs de haag en de toegangsweg patrouilleert. De grote zwarte leguaan Pesh ligt op de middag in de zon te genieten op de hoge takken van de immense bomen.
In de grote mangoboom naast het huis vechten groene parakeets een robbertje om een termietennest te plunderen. Een jonge brulaap wandelt via hoge bamboe naar kokospalmen en zo verder de weg over.
In de tuin zien we niet alleen beestjes. Naargelang de tijd van het jaar pluk je hier fruit van de bomen. Behalve stervruchten en bananen groeien hier ook avocado’s en citroenen. Terwijl de wasmachine ratelt met onze was van de voorbije 2 weken, haalt Tom kokosnoten uit een boom.
Iets later drink ik wiegend in de grote hangmat een verse pipa fria of kokoswater uit een kokosnoot. Ah Pura Vida…
Als de duisternis valt, komt de nachtelijke jungle tot leven. Krekels tsjirpen en uilen oe-oehen tegen elkaar op. Het is genieten in ons afgelegen huisje zonder buren. De natuurlijke geluiden overheersen en de dieren zwaaien rond ons de plak. Als je ’s nachts iets rond het huis hoort scharrelen, is dit vermoedelijk een gordeldier op zoek naar wormen. We vernemen dat enkele maanden geleden hier zelfs een ocelot het huisje als deel van zijn territorium afbakende. How cool is that!
.
Een explosie van natuurlijke energie
Ontwaken doe je hier met het gebrul van brulapen en het gehuil van coyotes. Ik maak me een koffie en wandel tot het hoogste punt van de tuin met uitzicht op de bergen.
De omgeving kraakt zachtjes. Het lijkt alsof er regen uitvalt maar het is kurkdroog. De bomen kreunen. Hun grote droge bladeren laten 1 voor 1 met een diepe zucht los. De omgeving ritselt als kleine blaadjes de dorre ondergrond vullen. De omgeving knispert. Vogeltjes en vleermuisjes vliegen af en aan.
Een eekhoorn klautert behendig en luid kirrend met een vruchtje in de muil omlaag terwijl een cacao woodcreeper en een koningsspecht loodrecht tegen een stam oprennen.
Stil is het hier niet. Rustgevend beslist wel. Geen buren, geen auto’s. Het concert van honderden geluidjes vult de omgeving als een serene symfonie. Rust en natuurlijke energie. Zo start de dag.
de rio blanco
Vlakbij het huisje ligt de Rio Blanco waar je een heel eind door het water kan waden. In dit deel van de rivier zwem je niet. Koeien lopen hier immers ook doorheen. Het binnenland van de Nicoya Peninsula is nog steeds doordrenkt van agricultuur en veeteelt, ook al is dat op steeds kleinere schaal terwijl het belang van ecotoerisme via het Karen Mogensen natuurreservaat blijft toenemen.
Reigers zitten gecamoufleerd langs de oever of in een spiegel van groen water gefocust te staren naar visjes en kikkervisjes.
Terwijl gele en rode vlinders fladderen langs de oever, kruipen spinnetjes (fishing spiders) over de ronde keien en scheren libellen laag over het kabbelende water. Intussen vatten ijsvogels en grosbeaks post op de kabels bij de rivier.
Natuur- en dierenliefhebbers zitten hier dus goed op hun plek 🙂
Geniet even mee van het rustgevende kabbelende water van de Rio Blanco.
De buren in San Ramon de Rio Blanco
Onze dichtste buren wonen 250 meter verder over de rivier. De kleine gemeenschap is hecht en heel gastvrij. Ze zijn fier op hun dorp en vertellen gasten graag over de geschiedenis en de natuurlijke rijkdom van het gebied. Een woordje Spaans is hier wel handig aangezien de inwoners geen Engels spreken. Wie geen Spaans verstaat, kan via Google Translate zich beslist ook redden. Vooraf kan je via Stephen trouwens de belangrijkste afspraken maken zodat het meeste zich ter plekke wel zal uitwijzen.
Fernando haalt ons na het ontbijt op voor een pittige junglewandeling. Terwijl ik in mijn gebakken banaan of cuadrado prik, hoor ik in ons straatje geratel en commotie. Een brommertje begeleidt ossen met een traditionele span rond de horens. Dat logge span ziet er niet echt prettig uit. Aangezien landbouwwerktuigen als tractoren in de kleine dorpjes ontbreken, wordt hier nog steeds op de oude manier geploegd.
Het dorpje bestaat uit 26 families die heel traditioneel leven. Je proeft hier het echte landelijke Costa Rica en ontmoet in 1 dorp meteen de hele familie. Fernando stapt met mondmasker in de auto en merkt bij het volgende huis op: “mi tio” (mijn nonkel). Daarnaast: “mi primo” (mijn neef). Vervolgens: “mi hermano” (mijn broer). En dan is het non-stop tot we aan het einde van de weg zijn: “otro tio, otro primo, tia,…”
Fernando’s grootouders hadden 21 kinderen. Het dorp bestaat voor de helft uit familieleden. Op 2 km van ons huisje parkeren we bij de gebroeders Rojas de wagen. Deze kranige oude vrijgezellen van 80 jaar bezitten een zeer groot landgoed met primair woud en bomen van wel 500 jaar oud, kristalheldere riviertjes en watervallen. Voor amper 2 USD kan je gebruik maken van hun trails.
Wandelen in Karen Mogensen natuurreservaat
Met een bamboe wandelstok zijn we op weg, de jungle in. Een weelderig begroeid wandelpad slingert door het dichte woud.
Een tiental keer moeten we een rivier over. Aan een oversteek met vrij diep snel stromend water zijn geen stenen om met droge voeten de overkant te bereiken. Tom en Fernando gooien een afgeknakte boomstam over de rivier. Perfecto.
Bij de volgende rivieroversteken balanceren we voetje per voetje op keien in het water. Fernando loopt op sportschoenen en kiest zorgvuldig de droogste oversteek uit. Tot hij een dieper stuk water instapt en vanaf dat moment los door het water stapt. Ok, dan maar even zelf zoeken naar de droogste plekjes zodat we de sokken nog even droog kunnen houden. 5 minuten later lopen we met natte sokken verder…
Het pad splitst: links gaat een pad van 1000 trapjes omhoog tot de Escondido Lodge in het hart van het Karen Mogensen natuurreservaat. Rechts gaat 400 meter verder tot de waterval. We houden de waterval voor het einde van de wandeling.
Na 550 trappen stelt Fernando ons voor de keuze: het pad verder omhoog blijven volgen naar de lodge of de avontuurlijkere route dwars door de rivier en over watervalletjes klauteren tot bovenaan de hoge waterval.
Wat denk je? We zijn al weg en plonsen door ondiepe poelen. Het is goed uit de doppen kijken. Een rots met een ietwat groene schijn die droog boven water uitsteekt, mijd je best. Deze kunnen verraderlijk glibberig zijn door een dun laagje mos. De stukken onder water waar de rotsen afgesleten zijn, zijn raar maar waar de beste optie voor je stabiliteit.
Dynamische rivierwandeling
De bamboestok klinkt hol tegen de vele rotsen in het water waartussen ik steun zoek. De Rio Blanco kreeg haar naam trouwens door die vele witte keien. Deze zijn in de zomer niet echt zichtbaar. Een massa bruine blaadjes vult de bodem en bedekt de rotsen. Aangezien het water laag staat, is het wel makkelijker om door de rivier en over de watervalletjes te wandelen. En dat geeft energie, zoveel energie.
Ook al is het fysiek een inspanning om het evenwicht te bewaren en op de juiste plekken te balanceren, de adrenaline en de omgeving zorgen voor een energieshot van wel 100 red bulls. Dit geloven ze thuis nooit, bedenk ik plots. Mij hoef je niet meer te overtuigen wat de beste remedie is tegen dagelijkse spierverkrampingen, pijn en vermoeidheid door fibromyalgie.
Wandelen in een natuurlijke omgeving, bij voorkeur in een tropische omgeving om de spieren optimaal te ontspannen is voor mij het medicijn bij uitstek. Ik ben hier een heel ander mens. Eentje met energie te over, die kan blijven gaan. Hoewel het niet min is om het tempo van de 70-jarige Fernando te volgen. Aan een spleet onder een rots stopt hij: “opletten want hier gleed onlangs nog iemand in die we er met een stok hebben kunnen uit omhoog hijsen.”
Aan de volgende waterval moeten we omlaag, even zoeken hoe we dat best doen…
Onze rivierwandeling en steile klim brengen ons naar de top van de waterval op 85m hoogte! Onderaan de waterval zien mensen eruit als piepkleine stipjes.
Hier wil je niet onderuitgaan en mee de diepte in spoelen. Geconcentreerd weeg ik er elke stap af om stabiel te staan en toch maar even te zitten. De letterlijk en figuurlijk bruisende omgeving is adembenemend. Sprakeloos neem ik op een rots bovenaan de energie van deze omgeving in mij op…
Het wandelpad langs de rivier slingert zich over talrijke wortels. Filmend wandelen in de jungle naast een stromend riviertje dat je aandacht opeist en Speedy Fernando proberen volgen. Het is een uitdagende combinatie 🙂
escondido lodge in karen mogensen
In sneltempo neemt Fernando ook de steile trappen omhoog. Energie is één zaak, getrainde spieren een andere. Hij liep deze route gedurende 2 jaar dagelijks om bagage en materialen naar boven te brengen. En dat merk je. Vroeger gebeurde dat transport met paarden door de rivier. Hijgend focus ik me op de trappen, die maar blijven optellen…
Boven ons hoofd zorgen brulapen intussen voor wat afleiding.
Als we na meer dan 1000 trappen de Escondido Lodge bereiken, moet ik op adem komen. Veel tijd krijg ik niet. Fernando doet teken om mijn fotoapparaat te nemen en snel tot bij hem te komen: “Toledo!” wijst hij omhoog. Geen idee welke soort vogel ik in de wirwar van blaadjes aan het zoeken ben. Tot ik de achterkant zie van een zwart vogeltje met een rode bles en lange staart: een long tailed manakin.
Op het outdoor terras van Escondido Lodge zien we op een houten bord dat de toledo de masquotte is van de lodge. Op dit zelfde terras kan je soms ook boa constrictor’s zien. Deze zijn niet zozeer gevaarlijk voor mensen, maar wel voor huisdieren. Twee katjes lopen desondanks relax op het terras. De kleinste komt er alvast gezellig bij zitten.
Onze picknick zit in een vershouddoosje dat Fernando tevoorschijn haalt. Zijn vrouw Xinia heeft een soort puree klaargemaakt met een zwarte brij. O jee, frigoles. Nu ben ik echt geen fan van zwarte bonen, maar verrast kijk ik op: “dit is dus echt wel lekker”
Middenin de natuur
In mijn ooghoek zie ik een verticaal blauw streepje: yes, een amazonenmotmot! De prachtige vogel zit mooi op een tak te poseren. Onder het terras zijn een viertal agouti’s gretig op zoek naar eten.
Nieuwsgierig welk wildlife hier leeft? Een wildcamera registreert de wilde dieren die het natuurreservaat rijk is.
Het Karen Mogensen natuurreservaat ligt buiten de gebaande paden. Je logeert dus best in het reservaat zelf of in het dorpje San Ramon de Rio Blanco. Hou er wel rekening mee dat je de Escondido lodge enkel te voet na een uurtje steile klim van 1000 trappen kan bereiken.
Neem dus niet te veel bagage mee. In ruil voor deze afgelegen ligging krijg je een ongerepte omgeving met uitdagende trails langs talrijke riviertjes en watervallen om je in af te koelen. Na de lunch toont Fernando ons de houten cabinas (met elk 2 kamers en een badkamer), het biologisch centrum en de oude schuur met authentieke werktuigen.
En dan keren we terug de vele traptreden omlaag. Aan de splitsing onderaan de trappen volgen we de korte wandeling van 400 m tot de onderkant van de Catarata Vela de Novia.
Vela de Novia waterval
In 2024 bezoek ik het natuurreservaat opnieuw. Voor een wandeling naar de waterval betaal je gewoon bij de start van het wandelpad 2000 Colones aan één van de twee Rojas broers. Je wandelt 1 km langs de rivier tot een gigantische sluierwaterval.
De ‘sluier van de bruid’” is tijdens het droge seizoen niet zo breed maar het zicht blijft wel indrukwekkend door de hoogte en omvang van de vele slierten bergwater dat omlaag stort.
De koelte van het neerstortende water laat zich voelen vooraleer je de waterval ziet. En dan openbaart zich een hoge rotsmuur met water die zich in een groene waterpoel stort. Je kan er ook van de rotsen in het water springen. Tijdens de kerstvakantie, paasvakantie of tijdens de weekends zakken locals af naar dit verkoelende natuurfenomeen.
Na 9 km wandelen door het regenwoud, door rivieren en over watervallen telt ons stappenteller 46 verdiepingen. Dat is voldoende. Mijn spieren hielden vol maar trillen nu van de inspanning.
We sluiten de wandeling in het Karen Mogensen natuureservaat af met een verfrissende duik in één van de lagere watervallen. Koel water maar zo verkwikkend!
De hangmat, daar kijk ik nu naar uit. Iets later lig ik moe maar voldaan met een koffie in de hand onder de grote mangoboom na te genieten.
Waarom naar San Ramon de Rio Blanco?
Dankzij het Karen Mogensen natuurreservaat vinden we net als in het afgelegen Dos Rios ook hier de perfecte combinatie waar natuurliefhebbers op zoek naar zijn. Het Karen Mogensen natuurreservaat bulkt van unieke flora en fauna, paradijselijke watervallen, verkoelende zwempoelen en wandelpaden in weelderig tropische omgeving vol wildlife.
De authentieke Tico ervaring in een ruraal dorpje waar de inwoners je meer dan welkom heten, krijg je er bovenop. Als je wat avontuurlijk bent aangelegd en geniet van ruige natuur weg van de massa, dan is de Jungle Hideaway echt een plek die we aanbevelen. Het is meer dan logement. Het is een totaalbelevenis en de ideale plek om Reserva Karen Mogensen te verkennen.
Spulletjes die je hier goed kan gebruiken: een compacte verrekijker, iets tegen de muggen, een gsm met simkaart van Costa Rica (geen WiFi), waterschoenen of lichte sneakers die tegen het water kunnen.
Verder vanuit San Ramon de Rio Blanco
Wie naar het noorden reist, zal terugkeren naar Nicoya waar je de weg vervolgt richting Cañas en Liberia. Ben je onderweg naar de Central Pacific en het zuiden? Neem de ferry in Paquera.
Wil je de westkust van het Nicoya Schiereiland bezoeken dan heb je 2 opties:
- Rij naar de Ruta 162 richting Playa Coyote en draai af naar Punta Islita en Samara of Nosara.
- Blijf de Ruta 163 volgen tot de splitsing aan de brug over de Rio Bongo en rij door de Rio Ario richting Santa Teresa of rij via Cobano naar Montezuma en Cabuya.
De avontuurlijke rivierroute naar de westkust
Wij reden optie 2. Op deze route rij je niet alleen door kleine riviertjes.
Het avontuur om de Rio Ario over te steken zit nog vers in het geheugen. De rivieroversteek van 100 meter was in 2018 bijna snorkelen. We gaan voor een herhaling van het avontuur. De vraag is uiteraard of de rivier na het wel zeer natte regenseizoen en de overvloedige regenmaand in november 2020 door de nasleep van orkaan Eta en Iota niet te hoog zal staan. Is dat wel dan moeten we het hele eind terug. We wagen de gok.
Vanuit San Ramon de Rio Blanco rijden we non-stop op de Ruta 162, een grindweg die door groene heuvels kruipt. De weg versmalt nadat we de Rio Bongo brug zijn overgereden. Links en rechts passeren we teak plantages en rijden 3 keer over een rivier. In Rio Frio hebben we geen keuze. De enige optie is via de Rio Ario.
We komen dichterbij. Dichter bij de beruchte Rio Ario. Spannend… Ik kijk er stiekem echt naar uit. Tot ik het bord aan de oever lees: “dead end road”. Dat klinkt niet goed. Aan beide oevers staan wagens met strandstoeltjes vol locals die picknicken. En die hier vermoedelijk ook komen genieten van het spektakel van toeristen die zich vast rijden. We stappen uit.
De Rio Ario: we meet again
De rivier staat eind december opmerkelijk hoger dan 2 jaar geleden rond half december. “Es para aqui!” roept een Tico aanmoedigend. Jaja, dat weten we. Toch maar even door het water waden op zoek naar de ondiepste stukken. Al snel staan we allebei bijna tot de knieën in het water. Tot een jeep achter ons het water in duikt. Zijn snuit ligt heel diep en duwt grommend het water vooruit. Als hij dat kan, wij ook!
De stroming is sterk maar we rijden in de goeie richting en hebben vaart. Die vaart mindert als we in circa 40 cm diep water rijden. O jee, straks drijven we gewoon weg. Onze auto verliest heel even grip met de bodem maar kan net op het nippertje – half drijvend – toch veilig de overkant bereiken. Oef en hoe leuk was dit weer 🙂
En vooral: een hele opluchting dat we geen uren om moeten rijden langs de noordelijke route.
Na de Rio Ario is het gezapig rijden langs grindwegen tot in Cobano. Het dorpje Montezuma is op 2 jaar tijd nog niet echt veranderd. Het is nog steeds kleurrijk en heeft nu een zitparkje aan het strandje bij de hoofdstraat. Het is de drukste tijd van het jaar, dat is duidelijk.
Veel volk betekent veel afval en dat heeft een negatieve impact op het welzijn van het wildlife. Kapucijnapen plunderen gretig de vuilniszakken en het afval. Ze eten chips en andere snacks die voor hen niet ok zijn. Het zorgt ook voor agressiever gedrag en meer aanrijdingen omdat ze zich steeds vaker langs de baan voortbewegen. Triest om zien 🙁
.
We zijn op bekend terrein. Voorbij het leuke strandje waar we vorige keer de pelikanen observeerden, rijden we langs de gigantische curtain fig tree en checken dan in bij Wild Sun Jungle Lodge bij de dierenorganisatie Wild Sun Rescue die we in 2018 leerden kennen tijdens een bezoek aan Cabuya.
Laatste versie: 25 mei 2024
Meer informatie
- Reisvoorbereiding rondreis in Costa Rica
- Alle nuttige links voor jouw reisplanning
- Maand per maand bekeken: wat is voor jou de beste reisperiode?
- Voorbeeldrondreis 2 tot 3 weken “natuur en wildlife”
- Standaard reisroutes: start hier
- Waar naartoe in Costa Rica? Zoek op de interactieve kaart
- Wat neem je mee naar Costa Rica?
- Logeertips: 30 unieke adresjes
- De 20 mooiste watervallen
- 15 erkende dierenopvangcentra in Costa Rica
- Alles over autohuur en rijden in Costa Rica
.
Ook zo gefascineerd door wonderlijke natuur en wildlife? Volg Under The Trees op Instagram.
* Boek of koop je iets (tijdens de browsersessie) na het klikken op een link van Booking.com of Bol.com? Dank je! Dit kost jou helemaal niets extra. Het helpt wel om alle informatie op deze blog te onderhouden en gratis te kunnen blijven aanbieden.