Snorkel in turquoise zee langs riffen in Coral Bay en ga op avontuur langs de rode zandwegen in Francois Peron Nationaal Park in Shark Bay tot een bijzondere plek waar de outback de oceaan ontmoet.
Na Perth en het geel van de graanschuur, de regenboog van Wave Rock, het rood van de Golden Outback en het groen in de spectaculaire canyons van Karijini Nationaal Park, verlaten we het alweer rode zand en de uitgestrekte vlakten rond Emu Creek richting het blauw van de koraalkust. We nemen de Burkett Road richting Exmouth en slaan dan zuidwaarts af naar Coral Bay en Shark Bay. Volg mee op de interactieve kaart onderaan dit bericht.
CORAL BAY aan de westkust van australie
Langs de Coastal Highway gaat woestijngras over in gele veldbloemen en duinen. Zo’n kleine 2 uur later rijden we een klein badstadje binnen. Het heeft amper 116 inwoners, 2 caravanparken, een resort, 2 supermarkten en 3 excursiebedrijfjes. Coral Bay leeft van het toerisme. Dat is duidelijk.
De troef van Coral Bay openbaart zich voor ons. Turquoise water spoelt ritmisch en zacht ruisend aan op het spierwitte zand. Het mooiste van al: in de uitgestrekte baai kan je zo het water in om naar het koraalrif te snorkelen.
In dat Ningaloo Reef leven whale sharks, bultrugwalvissen en manta rays. En die reuzenmanta’s willen we heel graag van dichtbij zien. Onze excursie zal morgen doorgaan, dat is als het weer het toelaat.
Op het binnenpleintje met snorkelshops en een bakkertje loopt iedereen op flip flops. Ik kijk omlaag naar mijn, met rood zand bestofte, stapschoenen. OK, tijd voor een garderobewissel.
Het strandleven in Coral Bay is even aanpassen na ons verblijf in de stoffige outback. Je stapt hier in een andere wereld, een ander leefritme en we zien zowaar terug mensen rond ons. Gelukkig is het badstadje kleinschalig en is er in oktober geen massa volk.
snorkelen in het ninagaloo reef
Wat Coral Bay zo uniek maakt is het Ningaloo Reef. Het is het grootste kustrif (waar je zo naartoe kan zwemmen) van Australië. Ningaloo Marine Park strekt zich uit over 260 km lengte langs de North West Cape. Het wordt van de kust afgesneden met een helderblauwe lagoon. Het rif herbergt 500 soorten tropische vis en 220 koraalsoorten die beschermd worden door het zeereservaat.
Duiken en snorkelen laten je toe uniek zeeleven te zien. Afhankelijk van de tijd van het jaar passeren hier walvissen, haaien, dolfijnen, doejongs (zeekoeën) en reuzenmanta’s. Deze roggen kunnen tot wel 7 meter breed worden. Ze zijn niet agressief en laten zich bijna het hele jaar door zien in de wateren aan Coral Bay. Morgen gaan we het water in om ze van dichtbij te bewonderen.
Vanop plekje R7 op het People’s Park Caravan Park hebben we zicht op de turquoise baai. Bye bye stapschoenen en stof. Hello bikini en flip flops! Met de flippers en duikbril in de hand wandelen we naar het zachte zandstrand. Ik knipper tegen het felle zonlicht op het hagelwitte strand van Bill’s Bay waar een glasbodemboot dobbert.
Onverwacht snel sta je vrij diep het water in en zit je voor je het weet aan het eerste koraalrif. Grote tropische vissen en honderden kleintjes zwemmen rond ons heen. Alsof we in een aquarium zwemmen. Warm is het water niet. Het is zelfs verrassend koel.
Wil je even opwarmen? Geen probleem. Op het witte strand is het bakken en braden. De zon warmt de spieren efficiënt op zodat ik al snel een volgende snorkelsessie onderneem.
DUINEN EN WIND IN CORAL BAY
Tegen zonsondergang zakt zowat de hele camping af naar de hoge duin vlakbij. Al snel zien we waarom. Het uitzicht over de omgeving is fraai maar de zonsondergang steelt pas echt de show.
En dan moeten we ons schrap zetten om te genieten van het spektakel. Een heftige zeewind doet alle moeite om de toeschouwers van de duin te blazen. Uitgewaaid, de ogen vol zand en moe van het vele snorkelen trekken we ons terug in de camper.
beestjes kijken
De hardnekkige zeewind besluit ons ook s’ ochtends te beproeven. De camper schudt zachtjes mee met de heftige wind. Takken schuren luid tegen het dak alsof het heftig aan het regenen is. Als ik buiten piep, zie ik blauwe hemel met her en der een wolkje. Het gaat weer een mooie dag worden, maar zoveel wind…
Lokale gevederde gasten schuiven bij ons aan de ontbijttafel aan.
Tom heeft een discussie met één van de vogeltjes: “do not touch my food”. Dat zal het vogeltje een worst wezen. Vanop afstand wacht het geduldig zijn kans af om restjes van de tafel te plukken of het komt het gewoon uit mijn handen pikken!
Op de camping komen ook slangen voor. Gewoon rustig blijven en langzaam achteruit gaan als je er eentje ziet. Nota aan mezelf: zeker het fotoapparaat meenemen naar het sanitaire gebouw 🙂
Op de planning staat een close encounter met andere beestjes. We gaan met reuzenroggen in zee zwemmen. Spannend! Tijdens het passen van onze wet suit, vernemen we helaas dat de sterke zeewind het niet toelaat. Pech voor ons. Gelukkig hebben we nog voldoende opties om van de fauna en flora te genieten.
van coral bay naar shark bay
We trekken een dagje vroeger richting Shark Bay waar een groot natuurgebied op ons wacht, het Francois Peron Nationaal Park. Ik sta te popelen om deze ruwe bolster te bezoeken. De rit naar Shark Bay is lang. Heel lang. Het landschap naar Carnavon is saai met eentonig scrubland.
De natuur trakteert ons als afleiding met twee indrukwekkend arenden.
Een familie brolga’s verzamelt achter de schutting die de weg veilig moet houden voor overstekende dieren.
Lange wegen betekent pitstops. Dat kan in – mijn oh not so favoriete – bush toilets of in het Minilya Roadhouse. Eerst rijden we voor een tweede keer deze rondreis de steenbokskeerkring over.
Voorbij het roadhouse ligt Carnavon bekend om haar uitgestrekte fruitplantages. De streek wordt ook wel de ‘Food Belt’ genoemd. Ideaal om een nieuwe voorraad boodschappen in te slaan en te picknicken aan de Fascine Rivier.
Na sightseeing door de nette straten langs keurige houten chalets in Carnarvon zetten we verder koers naar Monkey Mia. Nog 200 km te rijden.
gladstone bay
Een 4×4 track lokt ons van de weg af richting Gladstone Bay. Aan de Old Jetty zwemmen doejongs. Bij laagtij zie je hen bij deze oude pier vanop een zekere afstand.
Gladstone heeft slechts een kleine camping (uitgebaat door het Yaringa station). That’s it.
Een gedenkplaats vol kabouters op de top van een look-out doet vreemd aan. Iets om toeristen te lokken? We zijn alleszins onderweg naar een nog vreemder iets.
Vlak voor het Overlander Roadhouse nemen we de afslag naar Shark Bay.
hamelin pool
In Hamelin Pool leeft de oudste levensvorm op onze planeet, stromatolieten of ‘stumpies’ van 3.5 biljoen jaar. De aanblik is misschien niet zo spectaculair maar het gedacht dat dit onze stokoude voorouders zijn, is dat beslist wel.
Vervelende bush flies verstoren de sfeer. Met een ijzeren discipline proberen we deze kleine snoodaards te negeren… Damn, that doesn’t work!
In Hamelin Pool Park worden we ontvangen door onze gastheer met de nodige dosis sappige Aussie humor. That’s more like it. Zijn aanstekelijke lach doet even alle bush flies vergeten.
De knusse tea room is al even charmant als de mensen die het oude telegraafstation als camping uitbaten. Je stapt hier echt even terug in de tijd. Nostalgie ten top.
3 dagen in Shark Bay gaat geen opgave zijn. Na het douchen in het sanitaire gebouw – dat in blokken van geperste witte schelpjes is opgetrokken- genieten we van ons avondmaal aan de camper.
Op het rustieke overdekte terrasdek van het telegraph station bekijken we de ontbijtkaart. Tom opteert voor een uitgebreid Engels ontbijt. Ik ga voor scones met cream & jam. Yep, als ontbijt 🙂
Lucy brengt met een brede glimlach om 7 uur in de ochtend haar Devonshire afternoon tea en vertelt intussen honderduit over de omgeving en wat we zoal in Shark Bay kunnen zien. “Read this paper, lots of information about the festivities”, zegt ze fier. Vandaag, exact 400 jaar geleden werd deze plek ontdekt.
Dirk Hartog Island werd als eerste ontdekt. Wij verkennen echter het schiereiland rechts omwille van de dolfijnen van Monkey Mia. Een grote groep wilde dolfijnen die tot aan het strand komt? Het had me als tiener al gefascineerd. Op de wereldkaart boven mijn bed stond de plek jarenlang omcirkeld en nu decennia later ben ik eindelijk onderweg naar Monkey Mia.
Maar eerst nog even langs enkele andere bezienswaardigheden.
SHELL BEACH
Eerste stop onderweg naar Denham: Shell Beach. Ver moet je niet zoeken waar de naam Shell Beach vandaan komt. Zover het oog reikt zie je kokkelschelpjes. Ze liggen in een 10 meter dikke laag. Met mijn blote voeten wroet ik in de miljarden witte schelpjes. Hoe zalig is dit!
Het bijzonder zoute water trekt deze schelpdieren massaal aan die er hun schelpen achterlaten.
En die schelpjes gebruiken ze hier als bouwstenen. Dat zagen we ook op de Hamelin Pool Camping.
De schelpjes ritselen zacht onder onze voeten alvorens we over de witte duinen terugkeren.
eagle bluff
Aan Eagle Bluff heb je een uitzichtpunt heel hoog op een klif met een immens vergezicht op Shark Bay. Het water is zo helder dat we heel diep onder ons talrijke silhouetten van zeedieren spotten.
Reuzenroggen, schildpadden, dolfijnen en zelfs doejongs zwemmen in de baai onder ons.
Project Eden
Lokale fauna wordt bedreigd. Toen de Franse ontdekkingsreizigers Nicholas Baudin en François Péron in 1801 Shark Bay bezochten, werden 23 soorten zoogdieren opgetekend. Minder dan de helft was in 1990 nog in leven.
Het uitsterven van lokale fauna was het gevolg van vernietiging van habitat en concurrentie om voedsel met vee, schapen, konijnen en geïntroduceerde dieren zoals vossen en wilde katten. Project Eden werd gelanceerd om deze ecologische vernietiging om te keren.
Het project ging in 1995 van start met de bouw van een hek over de smalle engte van het Peron schiereiland, ongeveer 75 km ten zuiden van Kaap Peron. Het hek moet vermijden dat destructieve exoten ten noorden van het hek geraken. Tegelijk werd gif ingezet om het aantal vossen en wilde katten te verminderen. Lokale fauna is immuun voor het gif.
Vegetatie en habitat herstelden zich nadat de runderen en schapen waren verwijderd. Acaciastruiken, klimplanten en grassen groeiden terug beter. Via kweekprogramma’s probeerde men inheemse dieren terug te introduceren op het schiereiland. Slechts twee diersoorten wisten zich succesvol te herstellen: de bilby (langoorbuideldas) en de mallefowl (thermometervogel).
25 oktober 1616
Een rollercoaster baan door het typische rood en grijsgroene scrubland brengt ons tot Denham. Dit vissersdorp viert net als wij er in 2016 zijn de ontdekking van 400 jaar geleden. Kapitein Hartog zette in 1616 tijdens een Nederlandse expeditie als eerste Europeaan voet aan wal op het eiland tegenover Denham. Prins Willem-Alexander en Maxima zijn ook aanwezig om de festiviteiten bij te wonen. O jee, als het maar niet te druk is in het dorp…
De outdoortentoonstelling langs de baai leert ons meer over de geschiedenis van Denham. Ondanks deze belangrijke viering is het hele gebeuren low profile waar we dankbaar voor zijn. De rust van de outback willen we liefst nog even niet inruilen voor drukte. Al houden we ons hart wel vast voor het megapopulaire Monkey Mia.
sealife in shark bay
Monkey Mia Resort is druk bezocht. Boek dus tijdig als je hier wilt kamperen of logeren. De aanwezigheid van wilde dolfijnen lokt toeristen uit binnen- en buitenland. Wij gaan meteen bij aankomst het water op met een catamaran. Het is 28°C met een zachte zeebries. Perfect.
Een groene schildpad steekt z’n snoetje even boven water als we richting open zee varen. Onderweg krijgen we het gezelschap van een groepje dolfijnen die de golfslag van de boot gebruiken om op vis te jagen.
Eentje zwemt achterwaarts om het water te stuwen en vangt pal voor mij een waterslang!
Wow, NatGeo live!
Gracieus glijden de dolfijnen door het water tot een reuzenmanta voor de boot opduikt. Een zwarte schaduw krijgt langzaam een duidelijke vorm. Wow… Vol ontzag staren we naar het gigantische beest dat vanop de boot onbeduidend klein lijkt maar wel zo’n 7 meter breed is!
Behalve doejongs zien we ook aalscholvers vis vangen. Voor walvissen is het zeewater nog niet voldoende opgewarmd. Het is pas sinds een week 25°C. Na enkele uurtjes op het water keren we voldaan terug naar het strand.
Het bezoek aan het zeereservaat is wat ons betreft meer dan geslaagd. We installeren ons in gezellige zeteltjes van het outdoor restaurant van Monkey Mia en zijn getuige van hoe dicht de wilde dolfijnen hier zwemmen.
Al glunderend trek ik deze dolfijn vanuit mijn zeteltje. Ja die kinderdroom om de wilde dolfijnen van Monkey Mia van dichtbij te zien, die is mooi in vervulling gegaan 🙂
Je moet niet eens het water op. Dolfijnen patrouilleren dichtbij het strand, maar dat heeft helaas een reden die niet zo positief is ontdekken we de volgende dag. Het haalt me even uit mijn droom.
DOLFIJNEN IN MONKEY MIA
De baai aan Monkey Mia wordt sinds jaar en dag bezocht door een grote groep wilde dolfijnen. Dat trekt veel bezoekers aan. En die inkomsten willen de uitbaters van het resort niet kwijt. Op 3 momenten in de voormiddag worden enkele vrouwelijke dolfijnen aan de pier gevoederd. Als uitleg wordt gegeven dat ze voor de rest van de dag zelf moeten jagen, dat het voederen beperkt, gecontroleerd en verantwoord gebeurt. Ook gedurende de dag zwemmen de dolfijnen daardoor vaak dicht bij het strand. Je mag op geen enkel moment dichter dan 30 meter bij een dolfijn zwemmen.
Er zijn duidelijke richtlijnen wat mag en wat niet mag tijdens zo’n voedermoment. Wanneer een jonge dolfijn langs de oever zwemt moet iedereen langzaam het water verlaten. Dolfijnen mogen niet gevoederd tenzij op de vaste momenten door de park rangers. Ze mogen op geen enkel moment gevolgd of aangeraakt worden. Ook wordt gevraagd om geen zonnecrème op te doen als je met de voeten in zee gaat.
Allemaal goed en wel maar toeristen vergeten heel vaak al die regeltjes als ze in hun enthousiasme een leuke foto willen maken. Wij blijven helemaal op het einde van de pier om vanop een afstand het schouwspel gade te slaan.
De wilde dolfijnen zijn intussen geconditioneerd op interactie met de voeders van vis ook al komen ze niet elke dag de vis halen en zijn het ook niet altijd dezelfde dolfijnen. Dat deze attractie op veel belangstelling kan rekenen, is niet te verwonderen. Wij zijn echter geen fan. De drukte aan de pier en hen lokken met voer kan ons niet echt charmeren.
Op het strand stelen zelfzekere pelikanen de show. Als die dolfijnen een hapje krijgen, wij ook! En negeren kan je ze moeilijk. Ze weten waar ze moeten zijn voor de vis.
Tijd om de natuur in te trekken. Na de wandeling van het 4 km lange Wulyibidi Yaninyina Trail staat morgen de wildernis van het Francois Peron Nationaal Park op de planning.
De avond valt en de rust keert terug op het strand van Monkey Mia.
NATUUR EN CULTUUR in shark bay
Shark Bay staat op de lijst van werelderfgoed. Op 25 oktober 1616 zette de Nederlandse koopvaarder Dirk Hartog voet op Dirk Hartog Island. De eerste pioniers streken pas neer rond 1850. Sinds 1991 wordt de regio erkend als werelderfgoed.
De natuur is uniek in Shark Bay. En dat heeft grotendeels te maken met het feit dat je hier op de overgang zit tussen gematigd en tropisch water en gematigde vegetatie en woestijnvegetatie. Het verschil in fauna en flora kenmerkt zich zowel boven als onder water. De bilby, een bedreigde diersoort en de malleefowl (thermometervogel) werden hier geherintroduceerd. Om die reden wordt gevraagd heel voorzichtig te zijn met de quarantaine maatregelen om geen bacteriën of ziekten in het gebied te brengen.
Bird watchers kunnen deze vogels in deze regio zien: thick-billed grasswren (oostelijke grassluiper), black and white fairy-wren (witvleugelelfje), chimming wedgebill (klokzwiepfluiter), malleefowl (thermometervogel), sea eagle (zeearend), pied cormorant (bonte aalscholver),…
Voor de wildlife fanaten laten deze dieren zich zien: Western barred bandicoot (spitsneusbuideldas), banded hare-wallaby (gestreepte buidelhaas), thorny devil (bergduivel: mijn favorietje in Australië), burrowing bettong (borstelstaartkangoeroerat), woma python (zandpython), elegant seasnake (zeer giftige zeeslang), bearded dragon (baardagaam), bilby (langoorbuideldas), gidgee skink (doornstaartskink), echidna (mierenegel), emoe,…
Monkey Mia is tevens de thuisbasis van de Aboriginal Malgana. In de overige delen van Shark Bay leven Nhanda en Yingkarta aboriginals. Shark Bay noemen zij ‘Gathaagudu’ of ‘2 baaien’. Dolfijnen zijn ‘Irrabuga’ wat ‘stinkende adem’ betekent, niet echt flatterend.
De aboriginals leven sinds mensenheugenis van voeding uit de zee en vissen doen ze nog steeds, zij het niet meer in een kano.
FRANCOIS PERON NATIONAAL PARK
Aan de ingang moet je jezelf registreren en 12 USD betalen. Een infopaneel geeft aan om lucht uit de banden te laten. Het wordt een 4×4 avontuur van formaat, in mul zand rijden. Ik heb echter een goede chauffeur mee en maak we weinig zorgen.
We zijn nog niet eens op weg of enkele wilde emoe’s wandelen iets verder de weg over.
De temperatuur gaat vandaag in overdrive. 36°C bij een strakke blauwe hemel, geen zuchtje wind en amper tot geen schaduw in de omtrek. Dat belooft. Tijdens de eerste fotomomenten spring ik enthousiast op blote voeten in het warme zand. Hot hot hot!
Bij een volgende stop, huppel ik al puffend terug naar de auto alsof ik op hete kolen loop. Toch maar de flip flops aan. Het zand is bloedheet! Het stroomt als lava tussen mijn tenen als ik deze keer op flip flops uit de camper spring om foto’s te nemen van een hagedis, een baardagame en een blauwtong skink. Gefascineerd kijk ik naar de dieren terwijl mijn voeten aan het verschroeien zijn.
‘Where the outback meets the sea’. De nagel op de kop als je Francois Peron Nationaal Park moet omschrijven. Het rode zand gaat naadloos over in wit zand en blauwe oceaan. Het kleurenpalet is subliem. Ik schop de flip flops pas uit als ik op het natte zand sta.
De uitzichten en de omgeving die we met niemand anders moeten delen doen ons alle tijd vergeten, ook mijn flip flops. Het opkomend water heeft hen opgeslokt.
Vervuiling van de oceaan. Alsof er nog niet genoeg zooi in zee drijft! Ga ik daar even een bijdrage aan doen …? Rotslecht voel ik me als we nog een poging wagen om de flip flops in het heldere water te spotten, maar helaas. Die spoelen vermoedelijk binnenkort ergens aan op een plek waar iemand zoals ik er zich heel lastig over maakt…
SKIPJACK POINT
Vanop de rode duinen zie je de scheiding tussen de outback, het strand en de oceaan nog beter. En in die oceaan zwemt (links) een dolfijn.
Niet alleen het zand geeft kleur aan de omgeving. Ook hier concurreren vele veldbloemen om aandacht.
De wandeling tot Skipjack Point is vermoeiend in het losse zand. De brandende zon en de snikhete wind maken het er niet makkelijker op. Alsof we door de woestijn sloffen… Ik voel mijn hoofd gloeien en zoek naar adem. Dit komt niet goed. Ik sleep me terug naar de camper waar ik mijn hoofd onder het water hou.
Even afkoelen in de airco voor we verder naar Skipjack Point gaan.
Vanop het platform aan Skipjack Point zie je een groot gamma aan zeeleven in het water onder jou. Het zijn slechts zwarte silhouetten met het blote oog.
Door de lens zijn het haaien, een gevlekte rog, schildpadden,… Wat een bedrijvigheid!
Terwijl we info lezen over de indrukwekkende dieren in zee worden we belaagd door een massa vervelende bush flies aan land. Yep ook hier zitten ze in grote getallen.
Tijd voor some outback head fashion 🙂
birada en BOTTLE BAY
Blijf op de tracks en rij niet off-road. Dit advies is niet alleen belangrijk voor je eigen veiligheid maar ook voor de kwetsbare omgeving zoals deze onstabiele kleipannen.
In Bottle Bay koel ik het verhitte lichaam even af in zee alvorens we via hobbelige zandwegen terug naar de uitgang rijden.
francois peron heritage precinct
Francois Peron Homestead is via de weg tussen Denham en Monkey Mia te bereiken zonder een 4×4. Deze oude schapenboerderij werd bewaard als monument om een idee te krijgen hoe het er vroeger aan toe ging.
De korte wandeling in de bakoven is uitdagend. Het nationaal park is echter een echte parel. Het is een omgeving vol extremen en daar mag je de omgevingstemperatuur beslist bij rekenen.
Ga voorbereid
- met een geschikt 4×4 voertuig waar je de bandenspanning naar 20psi brengt
- drink voldoende water: regelmatig en genoeg!
- bescherm je huid, de ogen en het hoofd tegen de felle zon
- bescherm je voeten als je op het hete zand wandelt (en laat vooral je schoeisel niet te dicht tegen de waterlijn staan…)
- neem je verrekijker en fotoapparaat mee
- breng een muskietennet mee om je hoofd te beschermen tegen bush flies
De avond sluiten we af op de comfortabele camping van Monkey Mia waar we bij een wijntje genieten van de zonsondergang en een verzorgde maaltijd in het restaurant.
Het smaakt. Maar toch. Geef mij maar onze outdoor maaltijden aan de camper. Much more fun!
Ontbijten doen we de volgende ochtend gewoon aan ons eigen ontbijttafeltje met ruziënde meeuwen op de achtergrond en een zonnetje dat langzaam maar zeker de omgeving opwarmt.
We laten Shark Bay achter ons en trekken verder naar Kalbarri Nationaal Park, één van de nationale parken langs de Westkust van Australië.
UTT score
In Coral Bay en Shark Bay kan je zonder moeite veel wildlife spotten in prachtige natuur. Het is even zoeken om weg van de massa te blijven op bepaalde campings, maar ‘massa’ heeft hier beslist een afgezwakte betekenis.
Laatste update: 6 juni 2020