Orosí is net zoals San Gerardo de Dota een ideale tussenstop voor wie van de South Pacific naar de Caribische kust (of omgekeerd) reist. In de Orosí vallei vind je een mooie combinatie van natuur, cultuur en geschiedenis bij aangename temperaturen.
Bespaar op transport
TIP: Boek je transport van zodra mogelijk. Tarieven stijgen als de beschikbaarheid mindert!
- Boek bij het meest betrouwbare autoverhuurbedrijf Adobe Rent a car. Krijg automatisch 10% korting verrekend via deze link. Wijzigingen en gratis annuleren is mogelijk tot 72u vooraf.
- Check ook bij Sunnycars voor de all inclusive formule, eveneens met gratis annuleren optie.
- Beperkt budget? Vergelijk via deze link de beste deals voor een huurauto.
- Ga op avontuur met een 4×4 met rooftop tent van Nomad America en krijg 10% korting met deze code: UNDERTHETREES
- Boek tijdig jouw shuttle.
Naar de Orosí vallei
- Vanuit San José is het (afhankelijk van de files) amper 1 tot 1,5 uur rijden. Orosí is ideaal als afsluiter van een rondreis. Let wel op: tot de luchthaven moet je al snel 2 uur rekenen (fileleed). Gebruik steeds Waze in en rond San José.
- Van aan de kustweg in Dominical rij je op circa 3,5 uur tot in Orosí. Dit kan langer zijn als je achter een trage truck rijdt en in de bochtjes weinig zichtbaarheid hebt. Breek de rit op met lunch in San Gerardo de Dota.
- Vertrek je in Cahuita of Puerto Viejo aan de Caraïbische kust? Dan ben je circa 4 uurtjes onderweg tot Orosi.
Wij vertrekken in Ojochal (30 min. ten zuiden van Dominical) en zijn deze keer mentaal voorbereid op het temperatuurverschil dat ons te wachten staat in de Cerro de La Muerte. Hoewel. Echt voorbereid kan je daar niet op zijn. Tropische temperaturen inruilen voor 10°C en regen. Mijn lijf gruwelt bij deze beproeving ook al doet het landschap hard haar best om te charmeren.
Via de Cerro de la Muerte
Veldbloempjes langs de kant houden het nog even vrolijk. Er lijkt geen vuiltje aan de blauwe lucht. Een kleurrijke grenssteen van Canton Perez Zeledón en een schattig ambachtswinkeltje langs de weg brengen ons tot de inrit van San Gerardo de Dota, de ideale plek om de rit even op te breken.
Na een heerlijke lunch in Dantica Cloud Forest Lodge keren we terug naar de Ruta 2. Intussen draperen de eerste nevelslierten zich tussen de lage vegetatie waar mossen één zijn geworden met bomen en planten.
Plots zie je geen steek meer voor de ogen en krijg je er ook nog wat regen bij. Na een klein uurtje rijden, zien we rechts naast ons zonlicht in het diepe dal.
Historisch Cartago
Cartago was de eerste hoofdstad van Costa Rica (1574 tot 1823). In 1824 nam San José omwille van een betere locatie voor handel en politieke redenen de titel over. De rijke koloniale geschiedenis snuif je vandaag nog steeds op in Cartago. Een aangelegd park omringt de ruïnes van de oude Parroquia.
Aan de voet van de Irazu vulkaan ligt het centrum van Cartago op circa 435m hoogte. De Basílica de Nuestra Señora de los Ángeles, gebouwd in 1639 is de blikvanger van de stad. Vlak voor 2 augustus – de feestdag van the Lady of the Angels – zakken jaarlijks bedevaarders uit het hele land af naar de basiliek van Cartago voor de ‘Romeria’, een pilgrimstocht.
In 2001 zagen we hier gelovigen op hun knieën van achteraan tot het gedecoreerde altaar vooraan in de basiliek schuifelen. 22 jaar later zijn we hier opnieuw voor een heel korte stop aan het plein dat omringd wordt door talrijke snackkraampjes.
De rit gaat verder naar Paraíso waar aardappelen en tomaten geteeld worden. Een kleurrijk bord aan een smal brugje verwelkomt ons vervolgens in de Orosí vallei.
Mirador de Orosi
Stop voorbij Paraíso aan de Mirador de Orosí. Vanop dit punt heb je niet alleen een prachtig uitzicht op de vruchtbare en idyllische Orosí vallei. Je kan er ook even de benen strekken en picknicken. Hou rekening met weekends en vakantieperioden. Dan is het er heel druk. Mirador de Orosí is een gegeerd plekje voor een relaxte namiddag in het weekend. Je hoeft ook niet helemaal op het terrein te gaan om een zicht te hebben over de vallei.
Dat kan langs de kant van de weg ook. Alleen is het wel iets meer indrukwekkend vanop de Mirador zelf.
De weg daalt verder af naar het landelijke Orosí omgeven door steile groene flanken waarin de Rio Orosí stroomt. De Orosí vallei wordt niet druk bezocht door internationale reizigers maar is een favoriete uitstap voor lokale toeristen uit San José. De omgeving is ideaal voor fietstochtjes, paardrijden, rafting,.. Wij zijn er op een woensdag in januari. Het is rustig in het dorp op een voetbalwedstrijd na bij het witte koloniale kerkje.
Orosi dorp en ligging
Dat koloniale kerkje Iglesia de Orosi werd in 1743 door de Franciscanen gebouwd en is beschermd nationaal erfgoed. Wie interesse heeft in de geschiedenis van het kerkje kan terecht in een oud klooster dat nu dienst doet als museum.
Het allerleukste aan dit dorpje is dat het een aangenaam microklimaat heeft. Waar birdwatchers eerder het Los Quetzales Nationaal Park bij San Gerardo de Dota als tussenstop inplannen, zullen reizigers die op zoek zijn naar wat meer warmte liever Orosí op de route zetten. Het verschil zie je goed. Rechts van ons hangt een dik pak wolken rond de hoge bergweg van de Cerro de la Muerte.
Op slechts 1051m hoogte geniet de streek overdag van temperaturen rond de 20°C tot 22°C. Het koelt ’s nachts nooit meer dan 10°C af. Toch is het er koeler dan de tropische temperaturen in de kuststreken. Daar heeft de natuur een leuke tegemoetkoming op gevonden: de hot springs.
De meeste hot springs in Costa Rica worden verwarmd door vulkanische activiteit. In Orosí zijn het tektonische platen in de ondergrond die het water verwarmen. In de natuurlijke warmwaterbronnen van Hacienda Orosi zit je meteen ook middenin een koffieplantage.
Waar eten en logeren in de Orosi vallei?
Chalet Orosi is een kleinschalige B&B net buiten het centrum met goede bedden, huisjes met privacy én een outdoor hot tub. En daar maak ik meteen na check-in gretig gebruik van. Mijn uitzicht: een helderblauwe hemel en de Irazu vulkaan met het grappige geblieper-ie-wiep van Oropendola’s Montezuma op de achtergrond. “Wat een zalig plekje is dit” merk ik glimlachend op als ik me in het warme water onderuit laat zakken.
Naar de avond toe begint het af te koelen. We bestellen pizza aan huis. Wie wil kan deze uiteraard ook ter plekke in Pizzeria à la Lena Il Giardino naast de knapperende traditionele pizza oven opeten.
De dag start koel. Overenthousiast installeer ik me om 6 uur buiten met een fleece en de kap over mijn oren getrokken. Ik warm mijn handen aan de koffie. Toch maar even kijken. 13°C is het volgens Wunderground. Ok, toch maar niet. Al snel zit ik terug binnen.
Gelukkig stijgt de temperatuur vrij snel zodat ontbijt buiten wel mogelijk is. Ons ontbijt staat klaar in de koelkas en op het aanrecht. Brood en croissants met zelfgemaakte confituur, muesli, een grote schaal vol fruit, verse koffie uit de streek,… Het smaakt. Iemand anders heeft ook zin in dat lekkers. Lieve loebas Argos komt met de zieligste oogjes ooit met zijn grote kop op het hekje kijken. Deze B&B is helaas sinds 2023 niet meer beschikbaar.
Logeersuggesties in deze regio
Je eet in Orosí in je logement of in soda’s. Ook Panaderia Suiza en de hippe coffeeshop The Garage biedt lekkers aan. In het weekend zal je her en der snackkraampjes zien opduiken.
Koffie in de Orosi vallei
De Orosi vallei is vruchtbaar landbouwgebied. De regio is vooral bekend om gerenommeerde koffie die hier sinds 1700 geteeld wordt. De koelere temperaturen en vruchtbare vulkanische grond zijn de combinatie bij uitstek voor koffie.
Meer weten over koffieteelt? Boek dan zeker een coffee tour in de Orosi vallei. Langs de flanken liggen talrijke kleine tot grotere koffiebedrijfjes. Ook Cafe Britt en Starbucks zijn hier vertegenwoordigd.
Eén van de betere tours is de Orosi Valley Coffee Tour: Cafe Artesanal Los Sauces.
Van oktober tot februari worden rijpe rode koffiebessen met de hand geplukt en verwerkt. 15% van de koffie in Costa Rica wordt verkocht aan Starbucks.
Ook een koffie tour vanuit de hoofdstad in combinatie met de vulkaan Irazu is mogelijk.
Koffie en Poro. Onder een helderblauwe hemel steken de feloranje bloemen van de Poro mooi af in de groene vallei. Deze boom stond vrij snel op mijn verlanglijstje voor ons herbebossingsproject in Ojochal. Omwille van de warme kleur van de bloemen maar ook voor de schaduw aan de delicate cacaoboom en voor de voedingsstoffen die gesnoeide bomen voorzien aan de grond. In Orosí beschermen en voeden ze de kostbare koffieplanten.
Orosí had ons van bij aankomst al gecharmeerd. Het mooiste moest nog komen. Vooraleer we verder reizen, willen we de natuur in. We zetten koers richting Tapanti Nationaal Park maar besluiten eerst het Monte Sky Ecologico natuurreservaat te bezoeken. Ik vond er maar bitter weinig informatie over. Dat betekent niet toeristisch. Perfect!
Monte Sky Mirador Ecologico
Op 4 km van Orosi richting Tapanti Nationaal Park nemen we de splitsing naar rechts.
Een hobbelige kiezelweg onder een haag van bomen doet ons even twijfelen. Zitten we wel goed? Tot we 2 km verder aan een lege parking aankomen met wegwijzers die de start van het trail aanduiden. In het weekend is het hier beslist wat drukker.
Kies een wandelstok aan het schuthokje en stap binnen in de wonderlijke sprookjeswereld van Monte Sky. Maar echt waar. Je zou er zowaar lyrisch van worden.
Lieflijk, idyllisch, mysterieus, pittoresk. Hoe cliché het ook mag klinken. Deze omgeving kan het hebben. Het is gewoon een superleuk en romantisch wandelpad in vegetatie waar je niet op uitgekeken raakt. En we zijn nog niet eens aan de ingang!
Naast ons: de vulkaan Turrialba. Nu nog stil. Twee weken na ons bezoek spuwt de vulkaan terug hoge rookpluimen.
Op het einde van de 600 meter tussen de parking en de herberg arriveer je in een aangelegde tuin vol tropische bloemen en planten. Ik kom na de laatste klim even op adem, wandel de tuin omhoog, draai me om en …
“Wow, wat een uitzicht!”. Je kijkt uit over de vallei geflankeerd door 4 vulkanen.
Het panorama is overweldigend, de stilte ook. “Als dit geen verborgen parel is” glunder ik naar Tom. We betalen met plezier de inkom van 5000 colones aan Douglas die ons enthousiast uitlegt welke trails we kunnen wandelen. Het zijn er 3 met 4 watervallen. Per wandeling ben je circa 1 uurtje (incl. foto’s) onderweg.
Las Cascaditas
Normaal regent het hier. Vandaag is de temperatuur aangenaam en de zon schijnt. Toch heeft de vegetatie alle allures van het nevelwoud: dichtbegroeid, mysterieus, donker, mossen, varens, bromelia’s en zonnestralen die uit alle macht gaatjes in het bladerdek proberen vinden.
Het pad kruipt over dikke wortels, tussen rotsblokken, langs beekjes tot koele watervallen. Optimaal genieten. “Wat een leuke wandeling is dit” blijf ik maar herhalen.
Catarata Mirando El Cielo
Het tweede trail (ook 700m heen en 700m terug) vertrekt achter de herberg langs een rotspad omhoog.
Ook hier wandel je onder en door de dichte vegetatie tot de koele nevel van een hoge waterval je overvalt.
En dan weer terug langs glibberige rotsen omlaag 🙂
Doe stapschoenen aan. Het pad is het hele jaar door modderig. Een korte impressie zie je hier.
Monte Sky Mirador herberg
Douglas geeft ons een rondleiding in de herberg.
Logement is rustiek. Je verblijft in een oude hacienda die bijna een eeuw oud is met een onbetaalbaar uitzicht op een plek waar je beslist tot rust komt. En daar keren we terug onder de bomen richting de hoofdbaan.
OPGELET: maandag is Monte Sky mirador ecologico gesloten. Op andere dagen kan je er vanaf 7.30 tot 16 uur terecht.
Naar Tapanti Nationaal Park
Next stop: het natste park van Costa Rica. Tapanti Nationaal park (voluit Tapanti Macizo de la Muerte nationaal park of PNTMM) is samen met La Amistad deel van het grootste nationale park van heel Centraal- Amerika met zeer diverse vegetatie door de grote verschillen in hoogte. Wie geluk heeft, kan er ook de zeldzame quetzal spotten.
Bereikbaarheid. Ook al is het Tapanti Nationaal Park zeer uitgestrekt toch is er maar 1 ranger station dat toegang geeft tot het park. Die ingang ligt op 8 km of 30 minuutjes van Orosí en op circa 1,5 tot 2 uur rijden van San José. De weg slingert zich in het dal langs heuvels vol koffieplantages en bergriviertjes onder gammele brugjes.
Het Tapanti Nationaal Park beschermt sinds 1982 niet minder dan 584 km² in de Cordillera de Talamanca. Het grenst aan het Los Quetzales National Park waar het een cruciale natuurlijke corridor mee vormt. Die corridor wordt in de Cerro de la Muerte of berg des doods doormidden gesneden door de hoogst gelegen weg van het land.
Tapanti Nationaal Park bezoeken
Het park ligt aan de oostkant van de Continental Divide. En die steile bergtoppen vangen vocht op van de Caraïbische kust. Nergens in Costa Rica valt er zoveel regen als hier. Die overvloedige regenval (tot 800cm per jaar!) voedt de talrijke riviertjes die zich door het landschap een weg banen via stroompjes en watervallen.
De grootste kans op droog weer heb je tussen januari en april, hoewel je elk moment van het jaar wel verrast kan worden door regen. Goede wandelschoenen en een waterdichte zak voor delicate materialen en een regencover voor de smartphone zijn hier geen luxe.
Wij hebben geluk: het is zonnig en droog in januari.
Openingsuren. Dagelijks van maandag tot en met zondag van 8 tot 16 uur (laatste toegang om 15 uur), ook op feestdagen.
Boek je ticket vooraf online. Hou er rekening mee dat er geen mobiele data ontvangst is in het park. Reserveer je ticket dus voor je koers zet naar het Ranger Station.
Rivieren, fauna en flora in Tapanti Nationaal Park
Het park herbergt waardevolle wetlands met meer dan 150 rivieren en watervallen. De belangrijkste rivier is de Rio grande de Orosí die dwars door het park stroomt. De rivieren Reventazón en Pacuare ontspringen in de hoger gelegen delen. Niet alleen voor de natuur, ook voor de mens zijn de rivieren van onschatbare waarde.
Vanuit het bekken van Reventazón wordt de watervoorraad geregeld voor de half miljoen inwoners van de Greater Metropolitan Area. Vier waterkrachtcentrales draaien op de natuurlijke hulpbron waar het park zo rijk aan is. Water. Veel water. En dat stroomt niet alleen door de rivieren. Het valt hier het hele jaar door met bakken uit de hemel. Vandaag is het uitzonderlijk droog en zonnig. Het voelt vreemd aan om bij zonnig weer het natste park te bezoeken.
Dat het park een eco hot spot is, is niet verwonderlijk. Met zoveel diverse ecosystemen is het één van de meest biodiverse parken van het land. Het gebied is rijk aan minstens 300 soorten vogels (de helft uniek aan deze regio), 45 soorten zoogdieren en 28 soorten reptielen. Witstaartherten, ocelotten, miereneters en jaguars zullen zich niet zo snel laten opmerken. De Baird’s Tapir, het grootste landzoogdier van Costa Rica wordt soms langs de rivier gezien.
Het dichte bladerdek maakt het niet makkelijk om de vele vogels te spotten. Net zoals in het nevelwoud van Monteverde of het Los Quetzales Nationaal park is een gids beslist handig voor wie er zoveel mogelijk wil zien. Wie net als ons ook van de kleine creepy crawlers houdt, kan hier op zoek naar 2.895 insectensoorten.
Door het grote hoogteverschil is de verscheidenheid aan orchideeën, varens , bromelia’s en mossen enorm. Zomaar even 1.229 soorten planten werden hier geregistreerd. In 2009 ontdekte een team van de Universiteit van Costa Rica (UCR) drie nieuwe soorten orchideeën in het park die tot nu toe nergens anders werden aangetroffen.
Wandelpaden in Tapanti Nationaal Park
Het park heeft vier wandelpaden. Eentje langs de linkerkant van de weg, de andere paden gaan door het regenwoud naar de oevers van de Rio Grande de Orosí.
Je parkeert bij het rangerstation of rijdt via de grindweg tot bij de start van de wandelpaden. Dat spaart veel tijd uit. Je betaalt 11 USD inkom.
Het gemakkelijkste trail is het Sendero Oropendola. Dit vlakke wandelpad van 1,2 km daalt onder hoge met mos begroeide bomen geleidelijk af tot de oevers van de rivier. Door de verschillende overdekte picknicktafels langs dit pad is het een favoriet bij de lokale bevolking die er in de weekends vaak een daguitstap van maken. Vanaf elke picknickplek of ranchito loopt een kleine pad tot de rivier. En ja, de oropendola’s laten zich hier goed zien.
Het sendero La Catarata is het meest populaire wandelpad. Het loopt niet tot aan de waterval maar tot een uitzichtspunt aan de rivier waar je de waterval in de verte kan zien. Bij de start van het wandelpad zijn toiletten. Het pad gaat vervolgens steil omlaag en splitst zich in het Sendero La Catarata en het Sendero La Pava. Na regenval wandel je hier over zompige paadjes tot rotsen in de rivier en verder naar een uitzichtpunt op een waterval omsloten door weelderig groene jungle.
Het Sendero La Pava kronkelt steil omlaag tot de oevers van de rivier. Op het einde van de grindweg is een picknickplek (met toiletten). Via een steile ietwat glibberige trap klauter je omhoog tot de Mirador om de waterval te bezichtigen.
Sendero Natural Arboles Caídos is zoals de naam al laat vermoeden – pad van de omgevallen bomen –het meest uitdagende wandelpad van de vier. Het is amper 3 km lang maar klimt meteen steil omhoog tot je weer terugkeert naar de grindweg. Na regenval is het pad heel modderig, wat het nog moeilijker wandelen maakt.
Wij keren terug. Er staat vandaag nog meer op de planning.
Time to hit the road!
Hangbrug La Alegria en de Rio Orosi
Na Orosi rijden we naar Cachi dieper de vallei in.
Stop zeker even aan de hangbrug. Deze smalle wandelbrug over de Rio grande de Orosi verbindt Palomo met Orosi. Het water is ondiep maar let op. De stroming kan hier pittig zijn! Er is plots commotie op de brug.
Het duurt even vooraleer ik door heb dat ik de drenkeling aan het filmen ben!
Een hond had zich laten verrassen toen hij vrolijk achter enkele eendjes aan ging. De eendjes worden op het snelstromende water mee gestuwd en geraken voor het te heftig wordt tot aan de oever. De hond, die redt het duidelijk niet. Hij gaat een aantal keren kopje onder.
“Oh shit”. Mijn hart slaat over. Er is geen tijd om naar omlaag te rennen om te helpen. Dat hebben ook andere voetgangers op de brug door. We beginnen massaal te roepen en te fluiten om de aandacht te trekken van een kayakker en een groepje rafters. De hond verschijnt aan de andere kant en wordt door het woeste witte water verder gespuwd. Gelukkig vermindert de stroming en heeft de kayakker de hond opgemerkt. Kort erna wordt hij in het raft getild.
“Oef” Eind goed al goed.
De weg vervolgt langs het Cachi meer waar je comfortabel logeert in La Casona del Cafetal.
Verderop rij je de Cachi stuwdam over.
Scenic Cachi Lake
Lago Cachi is een kunstmatig meer gevormd door de Cachí-waterkrachtcentrale. De dam doet enerzijds dienst als buffer tegen overstromingen en beschermt de vruchtbare landbouwgronden. Anderzijds genereert de dam hydro-elektriciteit. Het is één van de cruciale onderdelen in het grote netwerk aan hernieuwbare energiebronnen in Costa Rica. Zo produceert het land intussen 99% van haar energie.
Zoveel pit in het water leent zich goed voor raftingexcursies. Wie zich niet moedig genoeg voelt om de bulderende Rio Pacuare te trotsteren kan in Orosi de Rio Reventazon op. Deze rivier start aan de noordelijke zijde van Lago Cachi. Daar draaien we een grindweg in om in een lokale soda te lunchen.
De ruïnes van Ujarras
Als je de lus rond het meer maakt richting Cartago, passeer je ruïnes van de oudste kerk van Costa Rica, gebouwd in de jaren 1575. De tuin rond de ruïnes wordt door locals gebruikt als een park.
Toegang is gratis. De ruïnes zijn leuk om zien maar het zijn de oropendola’s die alweer mijn aandacht trekken. Hun grappige geluid weergalmt massaal door de hoge bomen.
Hun nesten wuiven sierlijk tussen witte slierten van mos. Het is een rustgevend tafereeltje waar we vol ontzag naar staren tot de nek heel stijf wordt van het naar boven turen.
Mirador de Ujarras ligt iets verderop. Ook hier betaal je geen toegang. Het uitzicht verveelt niet. De vallei is gewoonweg vanuit alle hoeken fotogeniek.
Liefhebbers van botanische tuinen rijden door tot de Botanische tuin van Lankester waar de Universiteit van Costa Rica onderzoek doet naar orchideeën. Je wandelt er in aangelegde tuinen met 3000 plantensoorten (waaronder circa 1000 soorten orchideeên) op een 26 hectaren groot natuurreservaat. Ook tropische vogels bezoeken de tuinen.
Verder vanuit Orosi
Wie onderweg is vanuit Puerto Viejo, Cahuita naar Dominical, Uvita of Drake Bay en niet genoeg kan krijgen van de mysterieuze sfeer van het nevelwoud met haar vele vogelsoorten, kan nog een extra stop inplannen aan het Los Quetzales Nationaal Park in de Cerro de la Muerte waar de kans op het spotten van de quetzal wel heel erg groot is.
Staat Cahuita, Puerto Viejo of Tortuguero als volgende bestemming op de planning? Rij verder via Turrialba richting de Ruta 32.
Een overzicht van deze tussenstops lees je in:
Voor wie de rondreis er bijna opzit, zal verder rijden via Cartago naar San José. Onze volgende bestemming is Turrialba. We opteren voor de scenic route via kleine gehuchtjes en suikerrietplantage.
Laatste versie: 5 februari 2024
Meer informatie
- Reisvoorbereiding rondreis Costa Rica
- Alle nuttige links voor jouw reisplanning
- Waar naartoe in Costa Rica? Kijk op de interactieve kaart
- Maand per maand bekeken: wanneer is voor jou de beste reisperiode?
- Voorbeeldrondreis 2 tot 3 weken “natuur en wildlife”
- Wat neem je mee naar Costa Rica?
- Logeertips: 30 unieke adresjes
- De 20 mooiste watervallen
- Alles over autohuur en met de auto rijden in Costa Rica
.
Geniet jij ook van wonderlijke natuur en wildlife? Volg Under The Trees op Instagram
* Boek of koop je iets (tijdens de browsersessie) na het klikken op een link van Booking.com of Bol.com? Dank je! Dit kost jou helemaal niets extra. Het helpt wel om alle informatie op deze blog te onderhouden en gratis te kunnen blijven aanbieden.