Als rustzoeker en natuurliefhebber naar het Noorden van Thailand. Het wordt een uitdaging. De mooiste watervallen van het land staan alvast op de planning. Benieuwd of we elders wat natuur zullen zien.
De route: Bangkok – Kanchanaburi – Erawan watervallen – Ayutthaya – Chiang Mai – vlucht naar Phuket voor bezoek aan Zuid-Thailand.
“1 night in Bangkok and the world’s your oyster…. ” Geen idee hoe het liedje verdergaat maar het blijft zich onderweg naar Thailand in mijn hoofd herhalen. We landen om 10 uur in een chaotisch claxonnerende stad waar geuren, kleuren en geluiden in een ultieme kakofonie de verzengende zwoele omgeving vullen.
Het plan: in en uit voor we verder reizen door het Noorden van Thailand.
BANGKOK
In de toeristische Banglamphu wijk vind je vlakbij de levendige Khao San Road voldoende logement. Die drukte is niet aan ons besteed. We opteren voor kleinschalig logement buiten het centrum en dat blijkt een heel goede keuze. Loogchoob Homestay is verzorgd en een kleine oase van rust in Bangkok. De vriendelijke ontvangst en het inchecken in een comfortabele suite met terras (en toegang tot het dakterras) doen ons de chaos – en de stank -van de stad vergeten.
Na een verfrissende douche staan we in zomeroutfit klaar voor onze stadsrondleiding via Greenwood Travel.
Lokale gids Nancy loodst ons behendig langs overvolle trottoirs en verzadigde straatjes. De maag knort. Aan snackstandjes heb je hier geen gebrek. Zoete en zure geuren worden vermengd met de stinkende uitlaatgassen van de vele tuktuks en knetterende brommertjes. Wijs raken uit het aanbod in onleesbaar geschrift is in Thailand een verloren zaak. Bergen vol niet identificeerbare etenswaren liggen in kleine kraampjes opgestapeld. Ik laat Nancy weten dat ik gewoon iets vegetarisch wil. Iets later lepel ik de noedels van mijn Pad Thai met stokjes op.
De hoge vochtigheidsgraad in Thailand valt loodzwaar op het vermoeide lijf. Tot de zwoele lucht plots afgekoeld wordt door een heftige korte tropische bui. In een recordtempo neemt de vochtige hitte de urban jungle van Bangkok echter weer over.
De voorbereidingen voor het militaire defilé morgen ter ere van de verjaardag van de koning maken de verkeerssituatie alsnog chaotischer. Via een omweg en enkele veerboten zijn we uiteindelijk onderweg naar de Wat Arun.
WAT ARUN & WAT PO
De Wat Arun tempel is ouder dan de stad zelf. Na een steile – maar echt heel steile – klim heb je vanop de met porselein versierde toren een verrassend uitzicht over de contrasterende mix van authentieke gebouwen en strakke flatgebouwen.
De rust in de tuinen van Wat Arun is een verademing na de chaos en het lawaai aan de overkant van de oever.
De veerboot brengt ons verder naar de Wat Po waar de liggende boeddha van 45 meter de show steelt. Om religieuze gebouwen te mogen betreden, bedek je schouders en knieën en doe je de schoenen uit. We staan perplex van de omvang van het gouden beeld.
Het lichaam zeurt na de lange vlucht en de steile klim van zonet. In de Wat Po bevindt zich het meest gerenommeerde massagecentrum van Thailand. Laat ik daar maar meteen gebruik van maken. Uitleggen wat mijn aandoening is en dat fibromyalgie zorgt voor uiterst gevoelige trigger points is niet aan de orde. De masseuse spreekt geen woord Engels. De spanningsknopen in mijn spieren spreken gelukkig boekdelen. Na enkele uren voel ik de verkrampingen uit mijn gefolterde lijf wegebben.
Onze tuktuk racet in de roze avondgloed door het helse verkeer van Bangkok. Rakelings, maar dan ook echt rakelings scheuren we tussen andere voertuigen het kruispunt over.
We overleven een rit die op een zelfmoordmissie leek. Onze buit aan bamboescheuten, groentjes en gekruid brood verorberen we in de comfortabele eetruimte van Loogchoob Homestay. Onze 1 night in Bangkok brengen we na een deugddoend bad door in een zeer comfortabel bed. Dit logeeradresje is wat ons betreft echt een toppertje voor wie na een lange vlucht in alle rust even wilt bekomen.
Varen door de klongs
Half 6. Bangkok wordt wakker met getoeter en brommertjes die door de straten knetteren. Na het ontbijt neemt Pookie, onze gids van Thai Tour Guide, ons mee naar de pier. Daar stappen we in een traditionele longtail. De zon brandt op het water.
De klongs van Bangkok zijn smalle kanalen afgezoomd met eenvoudige huisjes afgewisseld met weelderig versierde tempels en luxueuze landhuizen.
Tropisch groen fleurt het grauwe tafereel op. Rust en groen. Wat een verademing na de drukke stad. Een kolossale varaan plonst van de rand het water in. Wildlife zie je hier dus ook.
Aan de koninklijke werf liggen sloepen met plaats voor 50 roeiers. Gouden pracht en praal schittert kitscherig op het donkere water van het kanaal.
Het zijn echter de bonte kleuren van de orchideeën in een immense kwekerij langs het water die de fonkelwedstrijd winnen. Het natuurlijke aroma van de bloemen verzacht het intussen overprikkelde reukorgaan.
markt in de klongs
Onze kleurrijke longtail brengt ons naar een markt langs het water. We verwachten ons aan complete chaos. Niets is minder waar. Het is een gezellige kleurrijke markt met een gigantisch aanbod aan etenswaren waar we het raden naar hebben wat het allemaal is.
Het is voor ons gokken in Thailand of iets snoepgoed, fruit, groenten, iets dierlijks of iets bereids is. Gelukkig hebben we onze Thaïse gids mee. Ik zet als eerste mijn tanden in zoete gepofte rijstkoeken en proef vervolgens bonen gedrenkt in gekleurde jelly. Ik herhaal denk ik wel 100 keer: vegetarian, no animals. Je weet maar nooit… Als lunch ga ik voor iets saai, maar herkenbaar: een wrap gevuld met tofu en groenten.
Onze relaxte voormiddag in de klongs van Bangkok eindigt met een snelle vaart over het water. En die afkoeling doet deugd. Het is intussen immers snikheet als we terug in de oude stad aankomen.
Excursies in en vanuit Bangkok
RIVER KWAI
Na alweer een verfrissende douche – de verzengende hitte in Thailand laat je meteen na een douche alweer smelten – checken we uit en reizen verder naar Kanchanaburi.
Een drukke industrieweg gaat geleidelijk over in een plattelandsweg tot we plots terug in een erg druk toeristisch centrum komen. De dodenspoorweg in Thailand die aan 100 000 krijgsgevangenen het leven heeft gekost, wordt duidelijk druk bezocht. Het kerkhof en het Death Rail museum geven een trieste terugblik in de ellendige omstandigheden van de gevangenen die aan de spoorweg werkten.
De brug over de rivier Kwai kan ons niet bekoren. De film werd trouwens niet opgenomen in Thailand maar in Sri Lanka. De oorspronkelijke brug waar de film over gaat, lag ook niet aan deze rivier. De brug was niet gesaboteerd maar gebombardeerd. In 1960 werd de naam van de huidige brug aangepast aangezien de film ‘Bridge over the River Kwai’ duizenden toeristen deed afzakken naar Kanchanaburi.
Hoe fake kan een bezienswaardigheid zijn? Busladingen vol worden gedropt aan de brug waar een recordaantal aan souvenirs verkocht wordt. Not impressed at all…
We checken in het Oriental Kwai Resort in. De Nederlandse uitbaatster noteert onze gegevens terwijl ik een heel bekend gepiep hoor. Een babykitten? Achter de balie zie ik een draagmandje met een moederloos kitten. Ook hier hebben ze hulp nodig. Ik geef haar meteen tips hoe ze zo’n babykitten kan grootbrengen.
Onze kamer heeft zicht op de rivier. De weelderig tropische tuin en een plons in het zwembad brengen ons meteen in een ontspannen vakantiesfeer.
En het avondmaal, dat is werkelijk om je vingers bij af te likken. Overheerlijk! Net als het avondmaal, is ook het ontbijt royaal. De pancakes en Thaise sticky rice met fruit zijn een genot voor de smaakpapillen.
helpen IN EEN OLIFANTENOPVANGCENTRUM
Thailand heeft geen goede reputatie wat dierenwelzijn betreft. Olifanten worden op grote schaal ingezet voor ritten met toeristen. De training om hun wil te breken is gruwelijk. Niet deelnemen aan olifantenritten is het minste wat je als toerist kan doen om niet bij te dragen tot dit dierenleed. Wij willen meer doen. Een opvangcentrum voor oude en gehandicapte olifanten heeft een vrijwilligersprogramma waar je je nuttig kan maken.
De introductie start met het voederen van Kammoon en Big Mummy. Beide kolossen grijpen behendig brokken pompoen uit mijn handen. Eten kunnen ze goed. Kammoon vreet een hele mand leeg. En dat is niet de enige mand vandaag.
Na de eerste maaltijd wandelen de olifanten naar de rivier om zich af te koelen. Intussen hakken we gras af en laden alles in om het verderop aan hen te voederen.
De onverzadigbare kolossen wachten alweer op een volgend hapje. We snijden pompoenen en zoete aardappelen die we verstoppen als voedselverrijking.
proeven van vrijheid
‘You guys are so lucky’ laat een medewerker ons weten. Er zal elk moment een nieuwe bewoner aankomen. De eigenaar kan de gekwetste olifant van 50 jaar geen veilige thuis meer geven. Onder massale belangstelling van personeel en vrijwilligers wordt ze uitgeladen bij de rivier.
Ze kijkt naar de rivier. Zou het echt mogen? Niemand berispt of volgt haar. De kust lijkt veilig. De eerste stapjes in het water zijn aarzelend. Ze kijkt nog even argwanend rond en wandelt dan dieper de rivier in voor een verfrissend bad.
Zo mooi… Een dier dat in gevangenschap leefde en weinig tot geen bewegingsvrijheid had even te zien relaxen. Het verwarmt ons hart. We worden uit gedachten gehaald en terug aan het werk geroepen. De olifanten hebben immers nood aan – nog – meer voer.
OLIFANTEN VOEDEN EN BADEN
In een grote wok kneden we sticky rice tot rijstballen. Voer, voer, voer. Daar draait het hier de hele dag om. Ergens vraag je je af hoe olifanten in het wild het redden zonder hulp van mensen…. Zakken vol komkommers worden uitgepakt en te drogen gelegd. Nog even kijken welke manden bijgevuld moeten worden en dan is het tijd om in bad te gaan.
De rug van een olifant is heel gevoelig en kan maar tot 100 kg verdragen. De houten draagstructuren – met vaak 2 toeristen in – zijn hard en wegen te veel. Dat is een pijnlijke affaire voor de olifant. Als de begeleiders aangeven dat we mee het water in mogen op hun rug kijk ik verrast. Kunnen de olifanten niet zonder mensen rond of op hen baden?
Enkele vrijwilligers zwemmen tot een olifant die bijna volledig onder water zit. Van zodra men erop zit, zuigt de olifant met z’n slurf water op en neemt verder een bad. Lees: spuit het water over zijn rug. Hilariteit alom. Toch kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat de dieren hier ‘een nummertje’ moeten opvoeren… En dat elke dag van het jaar…
Na het bad wandelen de olifanten terug. Tijd voor een hapje. Een olifant eet per dag 160 kg voer. Dat zijn veel volle manden met voer. Een dag meehelpen voelde goed aan, maar er flitsten net iets teveel vragen door mijn hoofd tijdens het bezoek.
Tot we online enkele getuigenissen vinden die aangeven dat een zeer groot deel van de inkomsten niet gebruikt wordt voor betere zorg, maar om toeristenfaciliteiten te verbeteren. Ja, de dieren zijn hier beslist beter af dan tijdens een rit of de hele dag aan een ketting. Maar dat wilt helaas niet zeggen dat dit wel helemaal ok is.
tijgers in gevangenschap
Om de hoek lag trouwens de beruchte Tiger Temple die sinds 2016 gelukkig voor het publiek gesloten is. Monniken hielden tijgers in gevangenschap. Deze werden gedrogeerd zodat toeristen er wandelend mee op de foto konden. In 2016 werden de dieren na internationale protesten en tal van inbreuken op dierenwelzijn in beslag genomen. 40 lijkjes van babytijgers werden in een diepvries gevonden. Slechts 61 van de 147 overleefden de inbeslagname. Of dit ten gevolge van virussen en lage weerstand kwam of door de slechte huisvesting in de overheidsfaciliteiten wordt betwist.
Feit is dat Thailand er niet op voorzien is om deze dieren op een aangepaste manier te huisvesten. Dit terwijl het misbruik in ‘tiger farms’ waar tijgers gekweekt worden welig tiert in zowel Thailand, Laos als China. De lucratieve handel wordt helaas in stand gehouden door Chinese toeristen die vragende partij zijn voor entertainment met wilde dieren.
De Tiger Temple is gesloten en dat is een goede zaak voor de dieren. Na onze dag in Elephants World hadden we het gevoel dat we in een diervriendelijker initiatief zaten maar ook daar primeert achter de schermen geldgewin. De verpakking is mooi. Mooi maar verraderlijk. Het geeft dierenliefhebbers een goed gevoel om te helpen. En daar trappen er veel in. Helaas ook wij.
Van de ontnuchtering naar de natuur.
SPROOKJESWATERVALLEN VAN ERAWAN
Het Erawan Nationaal Park herbergt behalve kalkstenen bergen, druipgrotten en uitgestrekte valleien watervallen in 7 niveaus, de eyecatcher van het nationale park. De Erawan watervallen werden genoemd naar de driekoppige witte olifant uit de Hindoeïstische mythologie. In het park worden trouwens oude bomen vereerd door er kleurrijke doeken rond te knopen.
Om de drukte en de hitte te vermijden, zijn we vroeg op pad om de fotogenieke Erawan Falls te bewonderen. En dat was een goede beslissing. We wandelen onder de bomen van een tropisch woud langs idyllische watervallen die we met niemand anders moeten delen.
De rust en de idyllische omgeving aan niveau 6,5 – tussen 2 watervallen in – hebben we eveneens voor ons alleen. Wow, hoe mooi is het hier… In stilte genieten we van deze paradijselijke plek.
Aan niveau 7 laten we ons zakken in het – wel zeer koele – water. Behalve visjes die aan mijn tenen sabbelen, vergezellen muggen ons iets te enthousiast.
Onderweg terug wordt het opmerkelijk drukker en warmer. Ga vroeg om van deze watervallen optimaal te kunnen genieten. Onze chauffeur staat mooi op tijd ons op te wachten aan de uitgang.
van kanchanaburi naar Aytthaya
We checken uit in het Oriental Kwai Resort, geven nog enkele laatste tips mee voor de verzorging van het weeskitten Pinda en zijn dan 3 uur onderweg naar Ayutthaya met een chauffeur die we via ons logement hebben geregeld.
In Baan Thai House hebben we een kamer met zicht op een grote tuin. Het guesthouse bestaat uit 7 huisjes rond een vijver die afgezoomd is met banken in verschillende stijlen. Het architecturale zootje ongeregeld geeft de locatie iets aparts en charmant. Ook hier zijn we dankbaar voor het zwembad want het is alweer 35°C bij een zeer hoge vochtigheidsgraad. Na een douche glimt je huid in een mum van tijd weer van zout zweet.
Excursies in Kanchanaburi
AYUTtHAYA
Een – rijdende discobar – tuktuk brengt ons naar het historische gedeelte van de oude hoofdstad. Deze oude stad -ontstaan in 1350 – kreeg in 1991 van Unesco de status van werelderfgoed. Je wandelt hier tussen tientallen ruïnes van oude tempels. De Wat Phra Mahathat uit 1374 ligt tegenover het Grand Palace. De zon brandt zonder een zuchtje wind. Alsof we in een bakoven wandelen.
De site is vooral bekend omwille van het Bhoeddha hoofd tussen de wortels van een boom.
Niet alleen ik raak uitgeteld door de moordende hitte in deze stenen omgeving. De vele straathondjes liggen allemaal uitgeteld, hijgend met de tong uit de muil op de iets koelere stenen.
Tempel in, tempel uit, ruïne in, ruïne uit. Van de Wat Phra Si Sanphet (1148) naar de Wat Panan Choeng. Ik sleep me verder door de oude hoofdstad waar authentieke elementen zich afwisselen met kitscherige beelden.
Langs de oever van een vijver in het Phra Ram Park zien we een reiger en varanen bij het water. Groot gelijk. Konden wij maar even afkoelen. Intussen voel ik mijn hoofd verhitten. Er zit niets anders op dan water uit onze drinkfles over mijn hoofd te gieten. Afkoelen. Ik moet echt afkoelen.
avondmarkt en sunset canal tour
De avondmarkt van Ayutthaya biedt gelukkig wat schaduw maar niet voldoende. Op de markt is de explosie aan geuren en kleuren alweer een beproeving voor de zintuigen. Ik kan me inbeelden dat veel reizigers net hierom Thailand zo super vinden. Voor mij is het er ietsje over. Het is een overdosis aan zintuiglijke prikkels die niet altijd even makkelijk te verteren is.
Terug naar de andere kant van de oever koel ik af in het zwembad van Baan Thai House. Herboren start ik aan de avondcruise op de kanalen rond het oude centrum van Ayutthaya. De stad is immers volledig door waterwegen omringd. Onderweg stopt het bootje aan enkele tempels.
De Wat Chai Watthanaram is wat mij betreft de meest indrukwekkende.
De stilte op het water wordt plots gebroken door een karaokeboot vol zingende Chinezen. Weg rust …
NACHTTREIN NAAR CHIANG MAI
Het was een kort bezoek aan Ayutthaya maar een lange dag. We boekten online een ticket voor de nachttrein naar Chiang Mai met vertrek om 20 uur. De conducteur bouwt vakkundig alle zitbanken om tot slaapcompartimenten waar ik meteen in mijn smalle bedje bovenaan kruip. Het matrasje ligt zachter dan sommige bedden, zeker prima. Ik prop mijn oordoppen in en doe mijn oogmasker aan want de verlichting blijft de hele nacht aan. Op de cadans van de ratelende trein word ik verbazend snel in slaap gewiegd.
Om half 7 worden de bedjes terug omgebouwd naar zitbanken. Terwijl ik aan mijn koffie nip en van mijn koek met gedroogde wormpjes bijt – sorry gepofte rijst – voel ik de zonnestralen vanachter de bergtoppen steeds feller op het raam schijnen naarmate we Chiang Mai naderen.
In het station vechten honderden taxichauffeurs om de aandacht. Gelukkig heb ik via ons logement Rimping Village een transfer geregeld. En die staat netjes met onze namen op een bordje op ons te wachten. Het is nog heel vroeg in de ochtend om in te checken. Toch kunnen we meteen bij aankomst aanschuiven aan het ontbijtbuffet. Perfect. En na het ontbijt is onze kamer al klaar. Als dat geen mooie service is. We kunnen ons daardoor meteen douchen alvorens Chiang Mai te trotseren.
CHIANG MAI
“Trotseren” omdat – eens we de brug over zijn – schreeuwerige billboards, schelle muziekklanken en kletterende tuktuks een complete aanslag zijn op mijn zintuigen.
Het centrum voelt wel gemoedelijker aan dan Bangkok. Alles ligt op wandelafstand van elkaar en de straten zijn minder breed. In en rond Chiang Mai kan je meer dan 300 tempels vinden, in het centrum alleen al 36. De komende uren ondergaan we een overdosis aan tempels, bling bling en kitsch…
Snakkend naar een rustpunt duiken we in een insectenmuseum van een Thais koppel dat gespecialiseerd is in malaria. Even verstommen de schelle klanken van buiten en maken schreeuwerige kleuren plaats voor sobere tinten. Van de insecten trekken we naar Iberry, een hippe tearoom om de hoek, waar ik smul van een Oreo cheesecake – die de foto niet heeft gehaald omwille van te lekker – bij een grasgroene thee die naar spinazie smaakt.
De mondaine winkelstraat is niet ons ding. Het aantal stappen is inmiddels weer stiekem hoog opgelopen. Met de aanhoudende kunstmatige prikkels erbij, is het even goed geweest. Na 2 dagen in steden met veel prikkels, snakken lichaam en geest naar rust in de natuur.
Om de spierpijn te verlichten, boek ik een massage bij het gerenommeerde Lana massagesalon. Ik probeer uit te leggen dat mijn fibrolijf overprikkeld is en de spierspanning hoog is. De Thaise dames begrijpen er geen woord van. Ze giechelen non-stop terwijl pijnscheuten door mijn lijf razen. Het wordt een ‘massage’ van duwen en trekken. Lieve deugd, dit was gewoon een martelpartij!
CANOPY TOUR IN HOOGLANDEN BOVEN CHIANG MAI
Genoeg excursies en activiteiten in Thailand, helaas dus vaak ten koste van dierenwelzijn. En daar bulkt Chiang Mai echt wel van: olifantenritten, apenshows, tijgershows,… De bevolking is arm en probeert overal geld mee te verdienen. Daar moet dierenwelzijn massaal voor wijken. De vele schreeuwerige reclameborden om al deze attracties aan te bieden doen pijn aan de ogen en het hart. Opgelucht trekken we naar de hooglanden voor een canopy zipline tour.
Eenvoudige huisjes op palen gaan over in gigantische bomen en bamboe. De kronkelbaan brengt ons tot de plek waar we hoog in het bladerdek zweven langs een parcours van 33 platforms met enkele pittige maar leuke stukjes wandeling. De omgeving is weelderig groen. Het energieniveau stijgt in een mum van tijd. Dit doet deugd na het artificiële Chiang Mai.
Helaas is Flight of the Gibbon niet anders dan de andere activiteiten. Een activiteit in groene omgeving met wildlife dat wordt ingezet als extraatje. Een gibbon op het einde van het parcours blijkt in passieve gevangenschap te leven om toeristen te plezieren. Dit is niet hoe ik wildlife in Thailand wil zien…
LAND VAN DE FAKE GLIMLACH
Ik voel de wow-factor die de meeste reizigers over Thailand hebben niet. Nog niet. De mensen zijn overal vriendelijk. Klopt, misschien net iets té geforceerd. Het land van de glimlach heeft me niet in haar ban. Het voelt te kunstmatig aan. Iets wat niet teleurstelt is het eten. De variatie is groot. Als vegetariër heb ik hier niets te klagen
Die avond schrik ik me verrot van vuurwerk dat plots wordt afgeschoten. Ter ere van de koning van Thailand zijn er overal luidruchtige festiviteiten en is de hele stad kleurrijk verlicht. De spieren hebben het de voorbije dagen in Bangkok, in Ayutthaya en in Chiang Mai al hard te verduren gehad. Het fibrolijf dreigt door de vele kunstmatige prikkels in het rood te geraken. Dat kan niet de bedoeling zijn. We zitten verdorie in de tropen! In gedachten verplaats ik me naar de plek waar ik tot rust kom: de jungle. Daar gaan we morgen naartoe.
DOI SUTHEP
Eerst naar de Doi Suthep tempel. Lieve deugd…. alsof we in een pretpark aankomen!
Na een klim van 306 trappen probeer ik de selfie sticks te ontwijken, terwijl onze gids haar uitleg afratelt over de symboliek van de verschillende boedha’s in de tempel van Doi Suthep die als heilig beschouwd wordt.
Na een schel geluidspektakel zit het tempelbezoek erop. Oef! Ik kan eerlijk gezegd geen tempel meer zien.
doi suthep nationaal park
Opgelucht trek ik de lange rok uit, mijn short aan en knoop mijn stapschoenen dicht. Tijd om de natuur in te trekken!
Het smalle pad in de jungle slingert zich steil omhoog langs planten en over rotsen. Na een uurtje sta ik in het zweet een waterval in een diepgroene en serene omgeving te bewonderen. Vlinders fladderen rond ons en er is geen ander mens in de buurt te bespeuren. That’s more like it!
Even de batterij terug opladen onder de bomen. Zelfs het schrille gefluit van de cicaden kan me niet deren. Met een brede glimlach klauteren we terug steil omhoog. Moe maar voldaan rijden we hoger de bergen in.
van opium naar koffie
De rit brengt ons naar een authentiek bergdorpje op 1700 meter hoogte waar vroeger opium en nu koffie wordt geteeld.
Het contact met de lokale bevolking zonder de overdreven ‘klantvriendelijke’ glimlach raakt me veel meer. Het is relax kuieren in het sobere dorpje.
En dan staat er weer pracht en praal op het programma. Het koninklijke zomerverblijf Bhubing Palace met aangelegde tuinen is netjes maar alweer te afgelikt.
Ook de jadefabriek met prijzige ‘souvenirs’ is niet aan ons besteed. We knikken beleefd om de afgeratelde uitleg alvorens zigzag baantjes ons terug in het dal brengen.
Terug in de drukte van Chiang Mai. Tuktuks manoeuvreren gevaarlijk langs ons heen terwijl we in een luid claxonnerende file aanschuiven.
Excursies in en vanuit Chiang Mai
UTT SCORE NOORDEN VAN THAILAND
De hot spots in het Noorden van Thailand waren wat ons betreft te afgelikt, te druk, te commercieel, de glimlach te fake. De locaties weg van de vele andere toeristen maakten alles goed. Als natuurliefhebber kan je wildlife zien, maar daarvoor moet je weg van de hot spots, ver weg van de hot spots. En die hadden we voor het eerste deel van onze rondreis helaas niet op de planning staan.
De chaos van het drukke Bangkok, het toeristische Ayutthaya en het commerciële Chiang Mai hebben me uitgeput. De momenten in de natuur aan de Erawan Falls en het Doi Suthep Nationaal Park konden de weegschaal niet laten doorslaan. Wie van tempels en religieuze of koninklijke pracht en praal houdt, heeft een vette kluif aan de hot spots in het noorden.
Ik snak naar groen en wildlife. En daar ben ik hier helaas op mijn honger blijven zitten. Morgen reizen we naar het zuiden van Thailand. Benieuwd of we als rustzoeker en natuurliefhebber daar meer aan onze trekken zullen komen.
.
Laatste update: 25 oktober 2020